Vorige week heb ik het boek Bullshit Jobs van David Graeber naast me neergelegd en niet uit gelezen. Dat doe ik bijna nooit, ik lees al mijn boeken uit, maar dit boek was echt te langdradig. Toch zat er een kern van waarheid in het verhaal dat me tot op de dag van vandaag nog niet los heeft gelaten.
De voorspelling van Keynes
In 1930 (in de tijd van de Grote Depressie!) schreef John Maynard Keynes een essay over de toekomst van de mensheid ‘Economic Possibilities for our Grandchildren’. Hij voorzag toen al dat automatisering voor een enorme efficiëntieslag zou zorgen. Daardoor zou de welvaart in hoog tempo toenemen en tegen 2030 zouden mensen slechts 15 uur per week hoeven te werken. Het is nu bijna 2030 en de realiteit is dat we harder werken dan ooit. Had Keynes ongelijk?
Nee, dat had hij niet. Als we nu alleen de banen zouden hebben die in 1930 nodig waren om in de behoeften van de maatschappij te voorzien, dan zouden we inderdaad slechts 15 uur per week werken. Waar komen al die andere uren dan vandaan? Van de bullshit jobs.
Wat zijn bullshit jobs?
Bullshit jobs zijn banen die eigenlijk niks toevoegen aan onze maatschappij en nog erger: mensen die deze banen hebben die weten dat diep in hun hart ook.
Ik wil niemand beledigen, maar banen die als bullshit job genoemd worden zijn bijvoorbeeld HR-manager, telemarketeer en CEO. Je kunt bullshit banen heel makkelijk herkennen: als niemand boven zijn theewater raakt van het feit dat iemand met zo’n baan gaat staken, dan is dat een bullshit job.
Wat is geen bullshit job? Bijvoorbeeld docent, verpleger of vuilnisman (of vrouw natuurlijk). Als die mensen het werk neerleggen, raakt heel het land in rep en roer.
Boxtickers, tapers en ordinair machtsvertoon
Graeber noemt een paar soorten werkzaamheden die bullshit zijn en bij mij zijn vooral de boxtickers, de taper en ordinair machtsvertoon blijven hangen.
Boxtickers zijn mensen wiens werk vooral uit formulieren en regeltjes bestaat. Formulieren die compleet gemaakt moeten worden. Is iets gedaan, is het afgetekend, dat soort dingen. Het voegt helemaal niks toe aan het werk zelf en in veel gevallen kijkt niemand meer naar de formulieren.
Tapers zijn mensen die broddelwerk van anderen oplossen. Bijvoorbeeld dat in een programma een programmeerfout zit, waardoor gebruikers in de problemen komen. En dat jij iedere keer de fouten op moet lossen, terwijl het programma gewoon aangepast moet worden.
Ordinair machtsvertoon is een baas hebben die je commandeert en je werkzaamheden laat doen die totaal onzinnig zijn. Maar je moet het doen. Omdat je baas het zegt. En omdat jouw baas uit wil stralen dat hij/zij belangrijk is.
Schrijnende voorbeelden
Graeber vertelt over een receptioniste van een grote uitgeverij. Ze had nog een collega ook en samen zaten ze dag in dag uit achter een balie waar niks gebeurde. Heel af en toe ging de telefoon, 1x per dag kwam de post en voor de rest hadden ze niks te doen. Waarom: omdat het bedrijf een professionele uitstraling wilde hebben. Als er geen receptionistes zouden zijn, dan zouden die paar bezoekers per week kunnen denken dat dit nooit een serieuze uitgeverij kon zijn. En daarom zaten deze dames (allebei) 40 uur per week duimen te draaien. Daar word je heel ongelukkig van.
Of de inhuurkracht op de boerderij die op een enorm stuk land stenen moest rapen. Op de boerderij heb je drukke tijden (zaaien en oogsten) en tussendoor is het rustig. Ook al werkte hij tijdens het zaaien en oogsten lange dagen, zijn baas accepteerde het niet dat hij op rustige momenten minder werkte. Stenen rapen dus. ‘Om te voorkomen dat de ploegscharen tijdens het ploegen zouden beschadigen.’ Complete bullshit, want een ploeg gaat een flink stuk de grond in en als jij alleen de oppervlakkige stenen raapt dan helpt het helemaal niks. De inhuurkracht voelde zich doodongelukkig wanneer hij op een loeihete vlakte hele dagen stenen moest rapen.
De enige remedie: ontslag nemen. En snel een baan zoeken waar je wel het gevoel hebt dat je iets toevoegt. Dat is dan ook precies wat de stenenraper en de receptioniste hebben gedaan.
De onvermijdelijke vraag
Dan komt de onvermijdelijke vraag: heb ik een bullshit job? Ik werk vooral op marketinggebied en feitelijk valt dat in de categorie bullshit. Want zeg eerlijk: zou jij een nacht slecht slapen als ik ging staken? Denk het niet. Toch geloof ik oprecht dat ik geen bullshit job heb. Waarom niet? Omdat ik mijn klanten help om in het licht te gaan staan. Om duidelijk te laten zien dat ze er zijn. Wat ze kunnen en waar ze hun klanten mee kunnen helpen. Je kunt mij niet blijer maken dan dat ik weet dat mensen een oplossing voor een probleem hebben gevonden. Een oplossing die ze niet gevonden zouden hebben als de expert niet in het licht gezet zou zijn.
Wat denk je? Heb jij een bullshit job en zou je er wat aan willen doen? Ik hoor het graag van je.
Hartelijke groet,
Liesbeth